czasowniki 20-30

 0    9 フィッシュ    grzegorzchmielewski6
mp3をダウンロードする 印刷 遊びます 自分をチェック
 
質問 答え
myśleć
学び始める
denken/dacht/dachten/hebben gedacht
robić
学び始める
doen/deed/deeden/hebben gedaan
nosić / nosił / nosił / nosił
学び始める
dragen/droeg/droegen/ hebben gedragen
pływać (dryfować)
学び始める
drijven/dreef/dreven/hebben gedreven
pić
学び始める
drinken/dronk/dronken/ hebben gedronken
zmuszać
学び始める
dwingen/dwong/dwongen/ hebben gedwongen
doświadczać
学び始める
ervaren /ervoer/ ervoeren / hebben ervaren
jeść
学び始める
eten/at/aten/hebben gegeten
gwizdać
学び始める
fluiten/ floot/ floten/hebben gefloten

コメントを投稿するにはログインする必要があります。