1. aantrekken
Wat zal ik aantrekken: een broek of een rok?
Amy wil iets nieuws aantrekken.
オランダ語 "という言葉attract"(aantrekken)集合で発生します。
study box two - let's be friendsEngels Hoofdstuk 5&6 Nederlands-Engels2. trekken
Een reclame moet klanten trekken.
Linealen zijn praktisch om rechte lijnen te trekken.
Mijn hobby is foto's trekken van wilde bloemen.
Laat de thee tien minuten trekken.
De kinderen trekken de slede op de berg.
Het leven is de kunst volledige conclusies te trekken uit onvolledige uitgangspunten.