辞書 リトアニア - オランダ語

lietuvių kalba - Nederlands, Vlaams

toliau オランダ語:

1. verder verder


Ze eet geen geen gebakjes om niet verder aan te komen.
De strijd gaat verder!
In het noorden ligt Schotland, in het zuiden Engeland, in het westen Wales, en nog verder naar het westen Noord-Ierland.
Laten we verder gaan!
De autoweg ging verder in een wijde boog.
Ik wil verder niets meer met ze te maken hebben.
Johannes-Paulus II was de eerste paus, die zijn Paaszegen ook in Esperanto uitsprak, namelijk op 3 april 1994; de Kerstwens van dat jaar was eveneens in Esperanto. Hij ging daarmee verder in de volgende jaren en zijn opvolger deed dat ook.
Dan ga ik wel Sudoku spelen, in plaats van jou nog verder te storen.
Zelfs als het bij de eerste poging niet lukt, kunnen we verder neuken tot ik zwanger word.
En verder?
Hij ziet niet verder dan zijn neus lang is.
Nog één inspanning, en je komt verder in het leven.
Zonder fantasie zouden mensen de moed verliezen om verder te leven.
Ge kunt de taal verder leren over internet.
Morgen zien we wel verder.

2. voorbij


Schoonheid gaat voorbij.
Als de slag voorbij is, zijn er veel dapperen.
Natuurlijk dacht hij dat het een grap was en wimpelde hij het voorbij met een "hm?" maar hij zat er erg mee verveeld. Ik bedoel, zulke dingen zeg je niet ook al is het bedoeld als grap!
Hij wandelde voorbij het huis.
De sneltrein reed zo snel voorbij, dat we hem nauwelijks zagen.
Ik stopte, en wachtte tot de auto voorbij was.
Hoeveel keer per dag komt deze bus voorbij?
Dronkenschap is voorbij na een goede nachtrust, dwaasheid gaat nooit voorbij.
Als je ons wat boeken brengt, gaat de tijd voor ons sneller voorbij.
Ze liep me voorbij terwijl ze deed alsof ze me niet kende.
Ge moet weten dat zijn beste jaren al voorbij zijn.
Het begon licht te worden; de lange nacht was voorbij.
Volgens een Turks spreekwoord gaan de dagen traag voorbij, maar vliegen de jaren.
Ik bleef mezelf voorhouden dat het allemaal gauw voorbij zou zijn.
Interlinguistiek behandelt de communicatie voorbij de taalbarrières en onderzoekt hoe plantalen, zoals Esperanto en Volapük, in zulke omstandigheden werken.