1. reeks
Een reeks explosies veranderde het laboratorium in een ruïne.
2. set
3. ingesteld
4. gesteld
Ik heb enkele vragen gesteld aan de dokter.
Zoudt ge mij deze vraag gesteld hebben als ik een man was?
5. stel
Stel nooit uit tot morgen wat je overmorgen kunt doen.
Stel hem niet teleur.
Stel alleen vragen die zijn te beantwoorden met "ja" of "nee".
Stel u voor dat ge begint te hikken en niet meer kunt ophouden.
Ik stel voor dat we het werk stoppen voor vandaag.
Hij heeft een stel spannende detectives geschreven.
Stel u voor dat iedereen Esperanto kent; hoe zou dat internationale reizen vergemakkelijken?
Stel me eens voor aan een of ander knap meisje.
Ik stel voor dat we thuisblijven en tv kijken.
Wat een vragen stel je me!
6. de set
オランダ語 "という言葉zestaw"(de set)集合で発生します。
Wrzesień 2023