→ Nederlands - Podstawy 8 →学習を始める /ダウンロードMP3フラッシュカード

学び始める

質問		答え
Chcę. 学び始める		Ik wil.
Chłopcy chcą królika. 学び始める		De jongens willen een konijn.
Dziewczyna bawi się. 学び始める		Het meisje speelt.
Kobieta chce kieliszek wina. 学び始める		De vrouw wil een glas wijn.
Kobieta ma pomidora. 学び始める		De vrouw heeft een tomaat.
Herbata jest smaczna. 学び始める		De thee is lekker.
To jest mleko, a nie piwo. 学び始める		Dat is melk, geen bier.
To jest pomidor. 学び始める		Het is een tomaat.
Nie jestem bananem. 学び始める		Ik ben geen banaan.
Pomarańcza to owoc. 学び始める		Een sinaasappel is fruit.
Jedzenie jest dobre. 学び始める		Het eten is goed.
Obiad jest smaczny. 学び始める		Het avondeten is lekker.
Kobiety jedzą posiłek. 学び始める		De vrouwen eten een maaltijd.
Na obiad jest makaron. 学び始める		Het avondeten is pasta.
Mężczyźni nie jedzą mięsa. 学び始める		De mannen eten geen vlees.
Jestem spragniony. 学び始める		Ik heb dorst.
Jestem głodny. 学び始める		Ik heb honger.
Posiłek. 学び始める		De maaltijd
Pieprz 学び始める		De peper
Sól 学び始める		Het zout
Śniadanie 学び始める		Het ontbijt
Jestem gotowy. 学び始める		Ik ben klaar.
Ten film jest interesujący. 学び始める		Deze film is interessant.
Idę do pracy. 学び始める		Ik ga werken.
Idę do pracy, a wy do szkoły. 学び始める		Ik ga werken en jullie naar school.

Nederlands - podstawy 8